De 34e
editie van de Grand Prix Saint Hubert heeft nagenoeg alle deelnemers een fikse
kater bezorgd. De spelregels zijn gewijzigd. Met tien wijnen op tafel kreeg je
een lijstje van vijftien landen waar een keuze uit moet worden gemaakt. Wijn
een uit land een tot vijf. Wijn twee uit land twee tot zes enzovoort. Dat
lijstje was er nu niet. Het bleek een majeure val van de puntenaantallen tot
gevolg te hebben. Bovendien zijn er twee vragen toegevoegd: is de wijn
biologisch, biodynamisch, vin nature of conventioneel gemaakt. Ook krijg je een
score voor het aangeven van de grondsoort.
Het team met
Eric Hoepelman, Martijn de Groot en Willem Jan Withagen zette de goede positie
op het Nederlands kampioenschap nu door met een vijfde positie. Het team met
Noel Geisen, Berry Marinussen en Peter van den Besselaar eindigde op de elfde
plaats.
Het team met Claartje Grielis, Saskia Nijssen en Annemiek Verweijlen
debuteerde op deze Grand Prix.
De line up van
wijnen bevatte curieuze keuzes. Een Cinsault als eerste wijn. En niet
alledaagse wijnen van Mondeuse, Lemberger, Saint Laurent. Dat mag natuurlijk
maar zonder landenlijstje werden de wijnen niet herkend. Met als gevolg: lachwekkende scores. Tien wijnen waar je 20
punten voor kunt scoren, maakt 200 punten de topscore. Het winnende team
scoorde 13,5 punt. Ons team met de vijfde plaats scoorde 11,5 punt. Dat levert
een héél slecht gevoel op. De organisatie van de GPSH heeft de wedstrijd
moeilijker gemaakt, dat is gelukt, maar het streven om de beste proevers te
selecteren is mislukt.
Bij de volgende editie kunnen enkele vernieuwingen het
best worden teruggedraaid. Het argument dat ‘de wedstrijd een beetje te
gemakkelijk werd’ nu de proevers daadwerkelijk druiven en landen herkennen is
flauwekul. Het is uitstekend dat vijf, zes, zeven of acht landen én druiven
gedetermineerd kunnen worden.
1 opmerking:
Ja, om 5e te worden in een wijnproefwedstrijd zonder ook maar 1 druif goed te hebben is wat vreemd.
Wetenschappelijk is de uitkomst 100% niet significant.
Een reactie posten