vrijdag 2 februari 2018

Crus de Beaujolais: proeven we wel dezelfde wijn?


Wijngaarden in Morgon
De hele Beaujolaisstreek heeft recht op de AOC benamingen beaujolais of beaujolais supérieur. De AOC Beaujolais-Villages is voorbehouden aan 39 gemeenten in het noordelijk deel van de Beaujolais. Daarbinnen mogen 10 gemeenten hun naam aan hun wijn geven. Dit zijn de 10 crus van de beaujolais. Op één na zullen ze allemaal over de tong gaan. Vanavond verkennen we de ‘crus du Beaujolais’. Van noord naar zuid zijn dit:
  • Saint-Amour
  • Juliénas
  • Chénas
  • Moulin-à-Vent
  • Fleurie
  • Chiroubles
  • Morgon
  • Régnié
  • Brouilly
  • Côte de Brouilly
We starten met een mousserende indrinker. Het is een aardbei-rode ‘pétillant rosé’, met een zeer fijne mousse. Toos vraagt wie denkt te weten, wat het is. Peter vermoedt dat het een Bugey is, zoals hij deze ooit dronk bij restaurant Toine Hermsen. Kebeng! Raak!! Het is Cerdon, Renardat-Fache, Bugey, méthode ancestrale, gamay, 2016. Tjeemig, wat bijzonder dat je deze zo herkent. Ongelooflijk knap!

We vervolgen met Les Salonnieres Beaujolais Blanc, Dominique Cornin, chardonnay, 2016. Hans L. maakt een vergelijking met de peersmaak van Poire Williams, met wat vanille, maar had ook een vrolijker en meer dartelheid verwacht van een chardonnay. Willem-Jan had een volle mond, en niet ‘iets wat eruit springt’. Hij vertelt ook iets over het afstellen van een perensorteermachine… Ehhh, ik raak het verhaal al snel kwijt.

Dan de eerste serie rode wijnen. Drie keer uit 2015, met bessen en kersen. Paul vindt Château Bonnet, Pierre-Yves Perrachon, Saint-Amour, 2015 een stevige wijn. Ik vind ‘m nog streng, droog en toch een zoetje op het eind. De tweede is Château Bonnet, Pierre-Yves Perrachon, Juliénas, 2015. Mooie vulling met bramen, mokka en tannine volgens Peter. De derde is Château Bonnet, Pierre-Yves Perrachon, Chénas, 2015. Voor mij wederom zoete aardbei, zachte aanzet, tannines en een mooi zoetje. Mooi bewaarpotentieel.

Beaujolais past prima bij een terrine
We gaan verder met drie keer gamay. En oh, wat gaan de meningen verschillen. Geur en smaak zijn niet altijd consistent. En als ik de geur zelfs vies vind, en de smaak goed, neemt HansL het omgekeerde waar. Hoe duidelijk kan het worden dat smaken verschillen. Diederick beschrijft Charly Thevenet, Grain & Granit, Régnié, gamay, 2015 - volgens mij eufemistisch - met stal, kruidig en stinkertje. HansL ruikt viooltjes. Wow, wat een verschil! Vervolgens vind ik C.G. Paris, Chiroubles, gamay, 2015, ruiken naar leer, maar onaangenaam qua smaak. Gerard roemt daarentegen het friszuur karakter, mooi zoetje en toon van kersen. Ook Diederick herkent kersen. Nou ja zeg, heb ik dan andere wijn uit dezelfde fles? De laatste van deze serie is Jean-Claude Lapalu, Cuvee de Fous, Brouilly, gamay, 2016. Weer mooi helder rood. Boeiende geur van staal, mest, aardbei en ja, zilte haring. Maar dan de smaak, oei, niet mijn smaak. HansH vindt het een rare wijn en vreemd. Gerard vindt ‘m wel mooi in balans. En ook Claartje is enthousiast en roemt de rozen. Al met al een interessante serie. Zeker met al het commentaar heb ik nog eens goed doorgeproefd om te proberen of ik hetzelfde ook kan proeven. Het lukt maar zeer ten dele.

Het eerste glas van serie drie is gevuld met Jean-Paul Brun, Domaine des terres dorées, Moulin-à-Vent, gamay, 2016. Kees zegt zoethout, braam en laurier. Berry: fruitig en sappig. Claartje: nat karton, frisrood fruit en rokerig. De tweede is Jean-Paul Brun, Domaine des terres dorées, Fleurie, 2015. Noël zegt inktig. Paul noemt fris, kers, fruit en mineraal. Berry: zwart fruit, zoethout mokka, tannine en lang. Voor Toos is dit veruit de mooiste van de avond! De serie sluiten we af met Jean-Paul Thévenet, Morgon, gamay, 2016. Berry herkent de Morgon, mist sap en wel floraal.

Gemiddeld gezien zijn we enthousiast over de crus van de beaujolais. De kwaliteit is uitstekend. De wijnmakers zijn mooi aan het upgraden. Menigeen van ons werd er vrolijk van!

We sluiten af met Domaine de Montgilet, Victor et Vincent Lebreton, Les Trois Schistes, Coteaux de l’Aubance, chenin blanc, Loire, 2015. Toos verklapt dat deze niet uit de beaujolais komt en vraagt wie een vermoeden heeft. Peter vermoedt – in tweede instantie chenin blanc uit de Loire. En pffff, hij heeft het weer goed. Toos, dank voor deze mooie, goed opgebouwde proeverij.

Verslag en proefnotities Eric Hoepelman

Geen opmerkingen: