zaterdag 25 maart 2017

Saint Emilion proeverij


Familie Becot tijdens oogsttijd
Saint Emilion is met 5.565 hectares wijngaarden het grootste Bordeaux wijngebied. Hiervan zijn maar liefst 3.739 hectares Grand Cru wijngaarden, 1.826 hectare is van niet geklassificeerde wijngaarden. Sympathiek is dat de classificatie iedere tien jaar een aanpassing krijgt, het laatst in 2012. De beste wijngaarden hebben een kalksteen ondergrond (Côtes) hoewel er ook veel goede wijn komt van de zanderige kiezelbodem (Graves) die grenst aan Pomerol. De gemiddelde wijngaard is in Saint Emilion maar zeven hectare groot. 

We proeven met het Wine Folly proefwiel van de merlot druif. Ja, als je ziet wát je kunt ruiken, dan ruik je dat ook, zei Willem Jan. Da’s natuurlijk waar. Maar ik kreeg nu associaties (kleipot, anijs, vijgen) die ik anders niet geroken zou hebben. De proevers hebben allemaal een puntenwaardering gegeven met het cos systeem (20 punten). Van de 144 uitgebrachte scores waren wijnen zes keer volgens de proevers ‘niet in orde’, werden zeventwintig keer wijnen beoordeeld als echt mooie wijnen en tien keer wijnen beoordeeld als topkwaliteit. 




Hieronder in volgorde van oplopende waardering de wijnen beschreven.

Château Franc Bigaroux 2005 Saint Emilion Grand Cru
Biologisch bewerkte wijn, buurdomein van Canon La Gaffeliere. Neus met leer, potgrond, bramen, cederhout, kruiden en wat anijs. Wij proefden deze wijn eerder op de sociëteit, met meer zeggingskracht, wellicht aan het afbouwen. Door een proever gewaardeerd als topkwaliteit. 

Gemiddelde waardering 13,3 punten / mijn waardering 12 punten 


Château Faizeau 2005 vieilles vignes Montagne Saint Emilion
Deze satelliet wijn werd stroef genoemd. Ik hou van de gerijpte geur: herstbos en licht truffel. Van hele oude merlot-stokken. 

Gemiddelde waardering 14 punten / mijn waardering 14 punten

Château de Lussac 2010 Lussac Saint Emilion
Deze satelliet wijn proefden we al vaker. Belgische eigenaar, serieus werkend domein. Ik vind de wijn nog te jong. Vol fruit in de geur, ook een zoetje, laurier, houttonen, chocolade. Goede zuren nog een tikje straf. Kijk uit naar deze wijn voor een prima prijs/kwaliteit verhouding. 

Gemiddelde waardering 14 punten, mijn waardering 15 punten. 

Château La Dominique 2010 Grand Cru Classé                
De enige wijn van de Graves ondergrond in de proeverij. De wijngaard grenst aan die van Cheval Blanc, het buurdomein dat voor de 2010 een prijs vraagt die maar liefst negentwintig keer hoger ligt dan La Dominique. Ik vind de wijn erg gesloten en nog weinig geven, te streng. Andere proevers zijn al enthousiaster: liefelijke neus en stevige smaak, bramen, kersen, pure chocolade en anijs. Ook een groente impressie. 

Gemiddelde waardering 14,3 / mijn waardering 13 punten 

Château l’Arrosee 2010 Grand Cru Classé                                    
Wijn van het kalkplateau, is in 2013 opgegaan in buurman Quintus, een wijn die drie keer zo duur is. Die Bordeaux wijnboeren weten hoe ze geld moeten verdienen! Veel positieve commentaren: kersen, frambozen, munt en jammige geur. Honingdrop in de neus. Mon Cherie. Vol van smaak en mooie bitters. Kruidig, duidelijk nog potentieel. 

Gemiddelde waardering 14,6 / mijn waardering 15 punten 

Clos de l’Oratoire 2010 Grand Cru Classé                         
Van de noordoostelijke hellingen. Een von Neipperg domein, zelfde eigenaar als d’Aguilhe in de Côtes de Castillon en Canon La Gaffeliere en La Mondotte in Saint Emilion. Rijke geur met ceder, kers en chocolade. Klassiek, laurier, tabak, salie en melkchocolade, nog duidelijke bitters en tannine. Door twee proevers gewaardeerd als topkwaliteit. 

Gemiddelde waardering 15 punten / mijn waardering 14 punten

Paardenkracht op Troplong Mondot
Château Troplong Mondot 2004 Grand Cru Classé
Hoogste punt van het kalksteenplateau, werd in 2012 geclassificeerd als Premier Grand Cru. Vrij strenge smaak, vind ik. De proevers: zoethout, koffie, leer, zwarte kersen, pruim. Zwoele afdronk. Ik ruik stront, zegt Eric en met een vette glimlach, maar ik vind het toch lekker. Door twee proevers gewaardeerd als topkwaliteit. 

Gemiddelde waardering 15,8 / mijn waardering 16 punten

Château Beauséjour Becot 2004 Premier Grand Cru Classé    
Stallucht, fantastische smaak. Commentaren: prachtige wijn, ales erop en eraan. Complexe geur met mest en leer, heel goed in elkaar verweven. Vijf proevers waarderen deze wijn als topkwaliteit, Jaap geeft zelfs een perfecte 20-score. 

Gemiddelde waardering 16,3 / mijn waardering 17 punten.
 


Uitdrinker : Château Soutard 2008, Grand Cru Classé
Bij de fantastische Nederlandse kazen van Paul Heemskerk drinken we nu eens geen zoete uitdrinker, maar een mooi op dronk zijnde Soutard, met heel frivole zuren en veel levendigheid. Geen puntenwaardering gegeven.


donderdag 16 maart 2017

Fosfor en Zwavel – Vulkaanwijnen

Etna wijngaard
Fosfor en Zwavel – Vulkaanwijnen noemt Noël Geisen zijn proeverij. Hij zet onder andere wijnen op tafel uit het boek Vulcanic Wines – Salt, Grit and Power van John Szabo, MW. Fosfor en zwavel zitten in de kop van lucifers. De geur van een net-afgestoken lucifer wordt meestal geassocieerd met wijnen met reductie. Zou het ook een eigenschap kunnen zijn van wijnen van wijngaarden op (oude of nog actieve) vulkanen? “Nee,” zeggen de geleerden. Of in ieder geval: mineraliteit, een door sommigen te pas en te onpas gebruikte proefnotitie, is in ieder geval niet het gevolg van een vulkanische bodem met veel mineralen, want mineralen: die hebben geen smaak. Szabo stelt dat vulkanische bodems in ieder geval perfect zijn voor wijnen: steile hellingen en arme grond, goede afwatering.

Wij proeven wijnen die soms wel, en soms niet zo in de smaak vallen. Een eenvoudige maar wel lekker Listán Blanco (Palomino) van Bodeags Noroeste uit La Palma valt in de smaak; de wat vollere Soave “Monte Grande” Soave (ja, ook dat is/was ooit een vulkanische streek) van Pra, met een lik vanille, doet enkele proevers twijfelen aan wat nu een typische Soave is. Dit is in ieder geval een serieuze.


Nog een serie wit, met vier wijnen. De leukste (niet alleen vanwege de naam) is de ‘Mari di Ripiddu’ van de flanken van de Etna, van Filippo Grasso. Goudgeel, met rijpe ananas, kruidigheid en een soort (Christmas?) cake-achtige zoetimpressie. En dat allemaal met een fraicheur die ’t geheel in balans houdt. De Binner Riesling GC Kaefferkopf uit 2001 is mooi in balans en scoort op veel punten (complexiteit, balans, intensiteit, en lengte) maar persoonlijk is ’t toch niet zo mijn wijn. 

Dat geldt ook voor de laatste wijn, een beroemde wijn: de Clos Saint Urbain, van de Rangen de Thann, een zeer steile wijngaard in de Elzas, en dan ook nog eens van een van de meest gereputeerde producenten van de streek, Zind-Humbrecht. De wijn is al aardig verkleurd, heeft een wat vlezige neus, niet zo heel veel fruit. Het is voor velen van ons ook niet een uitgesproken Riesling. Is dit dan een typische terroirwijn, van deze zo typische wijngaard? ’s Anderendaags maar eens nagevraagd bij Frank Smulders MW, die in de Elzas op strooptocht is en – wat een toeval! – net die dag bij het bedrijf te gast was en alle wijnen heeft doorgeproefd. Inderdaad: de RdT CSU is ook volgens hem een topwijn, maar ook Frank heeft wel eens flessen gehad die al ver ontwikkeld waren. Hij vermoedt dat dit wel eens een gevolg zou kunnen zijn van langerijping op de lie na vergisting. 

Over naar vulkanisch rood, met weer een La Palma wijn die heeft gerijpt of vaten die met een harssoort zijn behandeld (Vino de Tea) en een wél zeer herkenbare Ahr Spätburgunder, de Schieferlay GG van Kreuzberg. In de volgende serie staan twee wijnen met hoge scores van Jancis Robinson en van Luca Maroni. Welke de Robinsonwijn is, is snel duidelijk: dat kan nooít de tweede wijn zijn! Die zou zij ongetwijfeld als een overrijpe port- of Zinfandelimitatie hebben gekarakteriseerd – net als de roemruchte Chateau Pavie 2003. Dit keer ben ik het wel met haar eens: deze wijn begint mooi, met een lekker neus van braam en ander zwart fruit, maar vooral bakken framboos en een flinke vleug vanille. Wat dan volgt is een zoetje waar het verklein-’tje’ wel van af mag. De meeste leden, toch niet echt van de Parkerwijnen, lijken er vanavond niet zo’n moeite mee te hebben. Martijn heeft een doos van deze wijn thuis en identificeert ‘m blind: Eremo San Quirico, Aglianico Campi Taurasini “Nativ” 2013. De eerste wijn (die van de hoge punten van Jancis dus) valt er bijna compleet bij weg, bij al dat geweld. Vrij gesloten, wat rood fruit en leer, een lichtgebouwde wijn met nog vrij veel tannines (te jong geslachtofferd voor deze proeverij?): Tenuta delle Terre Nere Etna Rosso Guardiola, met volgens de proeflijst (’t zullen 2 tikfoutjes van de voorzitter zijn) 1 % nerello mascalese en 0 % nerello cappucio) ...

Twee zeer goede uitdrinkers. Volstrek overbodige discussie, in eerste instantie, over welke de beste is: het betreft hier echt twee verschillende stijlen, één oxidatief (Blandy’s Colheita Bual 1993, mooi amber, noten, lijm, zeer mooi fris-zoet, en een zeer lange afdronk: in golven komt de wijn steeds terug. Indrukwekkend. De Passito di Pantelleria “Magico” van Abbazia San Giorgio is anders, maar zeker zo mooi. Perziken en abrikozen strijden om voorrang, lekker dikke wijn, wat korter misschien dan de Madeira maar o zo lekker fruit. Beide wijnen moeten voor een klein flesje zo’n 45 euro kosten maar deze flessen maken ’t helemaal waar.

Vulkanische wijnen lekker, of bijzonder?  We hebben in ieder geval heel verschillende wijnen geproefd, mét en zonder stinkertjes, met fruit, gecontroleerde oxidatie en reductietonen, zoet(jes) en droog. Wijnen worden wellicht deels gemaakt in de wijngaard, maar de hand van de wijnmaker weegt minstens net zo zwaar.
Een fijne, fascinerende proeverij!

Verslag en proefnotities Rob van Ginneken