vrijdag 17 september 2010

De liefhebberskelder: pluk de dag

Met de studiereis naar het wijnfestival in Boedapest nog in de benen, haalde Kees van de Wiel dertien kelderschatten uit zijn kelder. Het was een sterk georkestreerde proeverij: een serie van drie rieslings, daarna drie Languedocs, daarna drie maal twee Bordeaux om af te sluiten met een liefelijke bubbel. Dat staat hier nou zo logisch, maar blind geproefd weet je niet wat je in het glas hebt, dus werd pas geleidelijk aan duidelijk hóe slim de proeverij in elkaar zat. Hieronder de mooiste wijnen uit de series.

Riesling 2004, Weingut Hans Göbel, Vallwiger Herrenberg, Spätlese Halbtrocken
Dat er drie rieslings in de serie stonden, daar durfde ik mijn hand voor in het vuur te steken. Dat er een riesling bij zou zijn van Kees’ huisleverancier, ach… we kennen onze pappenheimers, dat was ook met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid duidelijk. Maar dat er drie rieslings van wijnbouwer Göbel naast elkaar stonden, dat vond ik erg verrassend, want de verschillen waren best groot. Een droge Spätlese, een halbtrocken Spätlese en een Spätlese zonder meer. Deze wijn sprong er voor mij uit: mooi gerijpte wijn met een ingetogen florale neus (jasmijn). Krachtige en evenwichtige smaak, mineralen komen goed naar voren, dit is een puik glas wijn!

Les Romains 2007 Cuvée Reserve, Vin de pays d’Oc
In deze serie stonden van dit domein een 2005 zonder meer, een cuvee anniversaire 2007 en deze cuvee reserve. Hartendiefje van Kees. Dymph ruikt bramen, stallucht en vanille/hout. De wijn is jammig, zegt ze. David noemt de wijn pezig. Ik ruik lichte kruidigheid, Mon Cherie en morellenkers. Dit is een héle lekkere aandronk met een sjepdropimpressie. Evenwichtig glas wijn waar veel plezier aan valt te beleven.

Château Hanteillan 2005, Haut Medoc
Poeh, 2006 en 2005 staan van dit domein naast elkaar en ik vind ze allebei nog veel te jong. Da’s wel gek, want na een jaar of zes mag zo’n wijn toch wel gaan komen en wat charmes tonen. De 2005 is gemaakt van 60% merlot, 32% cabernet sauvignon, 3% cabernet franc en 5% petit verdot. Eaux de vie neus waarbij ik meteen opschrijf: wat moeilijke neus, licht mufje. De wijn zelf heeft nog overduidelijk tannines, komt wat straf binnen in de aandronk en toont daarna krachtige bitters. Gelukkig komt dan ook het grote aandeel merlot tot uiting in rondeur. Gedecanteerd en enige tijd in de karaf gegeven moet deze wijn aan de dis veel plezier geven.

L’Oratoire de Chasse-Spleen 2004, Moulis
Nee, dan deze wijn. David roemt het evenwicht, hij ruikt tabak, fruit en kruidigheid. Ik zie de wijn aan voor een Margaux, want dit is elegantie! Fraaie neus met prachtige impressie van sigarenkistjeshout. Heel mooie en evenwichtige smaak, fluwelig (de wijn staat naast een Côtes de Francs). Dit is een verfijnd glas wijn. Hartendiefje van Kees.

Vieux Château Gachet 2005, Lalande de Pomerol
In mijn aantekeningen staat: Pomerol? Jaaaa, dit is goed voor mijn zelfvertrouwen. Misschien was de Pomerol die ernaast stond mooier, maar die is dan ook twee keer zo duur. Dit is een wijn voor in de kelder van de ware liefhebber. Geef zo’n fles zes, zeven jaar en je beleeft langzaam een wondertje. Open neus met toffee en rood zomerfruit. Concentraat, dijk van een wijn met duidelijk fluwelige rondeur. Wil droomt weg bij deze wijn en denkt aan… Brigitte Bardot. Dat zegt toch alles?

Moscato d’asti 2009, Famiglia Marrone
Het is te lang geleden dat ik Moscato d'Asti dronk… zeker na de stoere rode wijnen is zo’n glas friszoete bubbels uit Noord-Italië ongelofelijk verfrissend en opwekkend. Toos ruikt lychees en muscat in deze verfrissende schuimwijn.

Kees heeft een fijne kelder, zoveel is duidelijk. Een prima basis voor het pluk-de-dag! levensgevoel.

Geen opmerkingen: